|
|
Helft ijsvogels dood door koude winter De langdurige vrieskou is veel ijsvogels fataal geworden.
Uit tellingen van SOVON Vogelonderzoek blijkt dat ongeveer de helft van het
aantal ijsvogels in de afgelopen winter is overleden, doordat zij niet konden
vissen. IJsvogels zijn voor hun eten afhankelijk van water. Het
liefste eten ze vis. Ze zijn niet kieskeurig, zolang het visje niet groter is
dan 7 centimeter. Daarnaast vormen alle mogelijke waterdieren, zoals larven
van libelles en watertorren, bootsmannetjes en jonge kikkers hun menu. Omdat de ijsvogels kleine vissen en waterdieren eten, zijn
zij gebonden aan beekjes en andere kleine stromen. In grote wateren komen zij
veel moeilijker aan hun voedsel. Probleem is dat kleine wateren snel
dichtvriezen en het ijs lang blijft liggen. Slachtingen De grootste slachtingen vielen deze winter in Limburg,
Noord-Brabant en Gelderland. Daar was het het koudst. In december telden mensen
in Gelderland nog 39 ijsvogels en in januari nog maar drie. In februari was er nog maar een te zien. In het westen en
noorden van het land sneuvelden waarschijnlijk minder dieren, maar in de
omringende landen zullen ook veel ijvogels de koude niet hebben overleefd. Na een strenge winter duurt het een aantal jaren voordat de
populatie zich herstelt. Door elf relatief zachte winters kwamen er veel
ijsvogels bij. Ook nestelden ze zich in steeds meer delen van het land. Jongen Doordat ze in gunstige omstandigheden veel jongen
grootbrengen, komt de ijsvogelstand waarschijnlijk niet in gevaar. Pas in de herfst is duidelijk hoe groot de slachting onder
de ijsvogels deze winter precies was. Het broedseizoen loopt van maart/april
tot in augustus. Daarna is er goed zicht op het aantal dieren. Anders dan zijn naam doet vermoeden, heeft de ijsvogel dus
geen plezier van ijs. Een van de theorieën is dat het dier zijn naam dankt aan
het feit dat mensen hem voor het eerst boven een wak op een tak zagen zitten. Bron ANP 16 maart 2009
Vissers kunnen voorbeeld nemen aan aalscholver Vissers en aalscholvers vormen doorgaans geen goede combinatie. Maar eigenlijk zouden vissers een voorbeeld kunnen nemen aan deze beschermde vogels en zich beter aanpassen aan de veranderende natuur. Dat vindt Marc Argeloo van Vogelbescherming Nederland. Het verhaal dat er steeds meer aalscholvers zijn die meer vis opeten dan de vissers kunnen vangen, noemt hij een 'broodje aal'. Het aantal aalscholvers is al jaren stabiel. Een exemplaar eet hoofdzakelijk pos en soms kleine baars, gemiddeld zo'n 450 gram vis per dag. Dat er minder paling en snoek wordt gevangen, heeft dan ook een andere oorzaak, wijzen onderzoeken in opdracht van onder meer het ministerie van LNV uit. Alleen op de baarsstand zouden de aalscholvers invloed kunnen hebben. Het is volgens Argeloo niet toevallig dat na eerdere discussie over ganzenoverlast, mosselvangst en natuurherstel in de Westerschelde de pijlen nu zijn gericht op de aalscholver. ,,Het past in het beeld. Ruimte is de sleutel en daarom is het zo belangrijk dat de natuurnetwerken vorm krijgen. Daardoor krijgt niet alleen de natuur lucht, want op andere plekken krijgt de economie juist ruimte.'' De aalscholver vecht al jaren tegen het imago van veelvraat. De vogel is door de eeuwen heen vervolgd, afgeschoten, verjaagd en ook opgehangen. En zelfs Jac. Thijsse, in 1905 oprichter van Natuurmonumenten, meldde ooit dat het dier graag in grote hoeveelheden paling eet. En foto's op internet van een aalscholver die urenlang bezig is een paling te verschalken, helpen dat verhaal ook de wereld niet uit. ,,Een aalscholver eet wel eens een paling, maar dat is echt uitzondering'', stelt Mennobart van Eerden, ecoloog bij Rijkswaterstaat. De aalscholver wordt ook steeds vaker gesignaleerd in bijvoorbeeld de Amsterdamse grachten. Maar dat betekent niet dat er meer aalscholvers zijn, stelt Van Eerden. Op zoek naar voedsel zijn op meer plaatsen kleinere broedkolonies ontstaan. Aangezien de vogels tegenwoordig in groepsverband voedsel zoeken, valt hun aanwezigheid meer op. Bron: ANP 12 maart 2009 zeearend In de Biesbosch vliegt sinds enkele weken een volwassen zeearend. Het is de eerste keer dat dat gebeurt. Wel is er al drie winters een jonge zeearend in het gebied.
|
U kunt een e-mailbericht met vragen of opmerkingen over deze
website verzenden aan John Colfoort
|